Tulcan is de hoofdstad van de Carchi Provincie in Ecuador en is een kleine stad van 60.000 bewoners. Dit plaatsje ligt recht op de grens van Ecuador en Columbia. Toeristisch is het niet echt te noemen, het is enkel omdat het een grensstad is dat er heel veel passage is en economische activiteiten.

Als er een plaats is die de moeite loont om eventjes halt te houden dan is het wel de begraafplaats van de stad. Beroemde begraafplaatsen kunnen soms echte publiektrekkers zijn meestal dankzij het feit dat beroemde personen er liggen begraven, zoals Cimetière du Père-Lachaise in Parijs waar een reeks historische figuren rusten of om het feit dat er monumentale graafstenen te vinden zijn. De begraafplaats van Tulcan is bekend voor zijn prachtig getrimde Cyprus struiken.

De begraafplaats werd gesticht in 1932 om een oude begraafplaats te vervangen die verwoest werd op de heuvel van Santiago in 1923. Het bestrijkt 8 are land in het noordoosten van de stad. Een kenmerk is dat de begraafplaats ligt op kalkrijke grond die dan weer bevorderlijk is voor de groei van de Cyprus struiken.

Een lokale politicus kreeg het idee om de struiken te trimmen naar precolumbiaanse, Augustiniaanse en Arabische totems. Vele zijn mythologische figuren, anderen zijn dieren of geometrische sculpturen, in totaal zijn er meer dan 300.

In 1984 werd de begraafplaats uitgeroepen tot “Cultureel Nationaal Erfgoed van Ecquador”. De Initiatiefnemer José María Franco Guerrero stierf in 1985 en kreeg een ereplaats in de begraafplaats. Zijn grafsteen is ironisch: “In Tulcan, een begraafplaats zo mooi dat het uitnodigt om te sterven”. Zijn vijf zonen zetten zijn werk verder tot vandaag. In 2005 kreeg de begraafplaats een nieuwe naam: José María Azael Franco Cemetery.