Solentiname, de naam zelf zal wellicht geen enkel belletje doen rinkelen en de adepten van Google zullen zien dat het een archipel is in Nicaragua bestaande uit zesendertig kleine eilandjes, maar daar stopt het verhaal helemaal niet, wel integendeel.
Solentiname is een artistieke utopie, vreemd genoeg ooit ontsproten in de geest van Vincent Van Gogh. Toen de beroemde Nederlandse schilder verhuisde naar Arles in Frankrijk, was het zijn wens om een soort van commune te stichten voor kunstenaars. In het huis dat hij huurde in Place Lamartine ontsproot het idee om een soort van commune te vormen, een kolonie bevolkt door gelijkgestemde zielen, kunstenaars met een roeping. Hij droomde van een gemeenschap waar kunstenaars elkaar konden adviseren en helpen. De droom ging nooit in vervulling door de steeds verslechterende psychische en fysieke gezondheid van Van Gogh.
Het zou een dichter en een priester met een baard zijn in Nicaragua die de droom zou recycleren toen de man bij toeval een plaats had gevonden in zijn thuisland die ideaal was voor de droom van Vincent.
Ernesto Cardenal Martinez zorgde er voor dat een kunstgemeenschap ontstond in de Solentiname eilanden. Makers van primitieve en zeer herkenbare Zuid-Amerikaanse kunst die de droom van Van Gogh nieuw leven hebben ingeblazen.
Het gebied van Solentiname was vroeger een vergeten stuk land, moerasgebieden bijna, althans dat is wat men dacht. Een economie was onbestaande en de weinige bewoners waren aan hun lot overgelaten door de regering. Scholen, ziekenhuizen of zelfs overheidsgebouwen waren onbestaande. Er was enkel landbouw en visvangst.
Niemand wist dat ze gingen deel uitmaken van een van de grootste artistieke revoluties in de regio. Ernesto Cardenal Martinez liet het mirakel gebeuren. Hij liet de arme boeren schilderen als een vorm van therapie om trauma’s en de zware levensomstandigheden te kanaliseren in iets positiefs.
Een groot voorbeeld was de toen achttienjarige prominente kunstenaar Roger Pérez de la Rocha die een mislukte zelfmoordpoging achter de rug had en een tweede adem kon vinden in de artistieke commune van Solentiname. Deze laatste organiseerde workshops en leerde ook de ziel van de regio kennen in hun levens en hun verhalen. Onder zijn leiding zou het experiment een eigen leven gaan leiden enkele jaren later was het een bloeiende gemeenschap van ruw primitief talent die zichzelf overstegen uit de armoede en de vergetelheid.
Vandaag is dit het center van de zogenaamde Zuid-Amerikaanse primitieve kunst. De intentie had nooit geweest om nieuwe grootmeesters te vinden maar wel personen die zich passioneel konden gooien in hun werk en alzo hun eigen leven verbeteren. De regio wordt nu bezocht door kunstliefhebbers vanuit heel de wereld. Operatie geslaagd!
De grote bezieler Ernesto Cardenal Martinez was een soort van katholiek-artistieke Che Guevarra, hij had lak aan regels en reglementen maar was een man tussen de gewone mensen. Zieltjes winnen was niet zijn hoofdtaak als priester maar wel de mens helpen, vandaag nog zijn de schilders de leraars van een nieuwe generatie mensen die zich kunnen vinden in kunst. Het artistieke utopia leeft en groeit.