Deze kunstenaar ziet de toekomst wel heel somber in. Zijn metaforen raken doel. In zijn kunst gaat hij uit van een dode boom die eens stond voor leven, vooruitgang en vrede. Dan volgt de symbolische ontmanteling van deze levensboom, het hakken in stukken en het verbranden tot dat de rest waardeloos, droog, en levenloos wordt. Het is duidelijk dat hij dit beeld voor ogen heeft voor zijn eigen vaderland, de Verenigde Staten en de rest van de beschaafde wereld.
Hij ventileert zijn politieke gedachten in zijn kunst op een sublieme en diplomatische manier. Op deze wijze kan hij discussies vermijden. Het is overduidelijk dat hij de toekomst gitzwart inziet, of zelfs niet meer kan geloven dat er nog een toekomst is. Alle heilige huisjes valt hij aan in zijn werk: de politiek, de religie, het geld, de misdaad en de onverschilligheid van de mens. Wanneer men nadenkt over zijn kunst is het echter moeilijk om niet te moeten nadenken over deze confrontatie.